ZMK, Zeister Mannenkoor, Torenlaan 38, 3701 VK, Zeist, info@zeistermannenkoor.nl, TorenlaanTheater Theater http://www.torenlaantheater.nl, Dana van Nimwegen, http://www.danavannimwegen.nl, Danielle Kok http://www.daniellekok.nl

De Historie van het Zeister Mannenkoor


100 jaar ZMK
1892 - 1992

de oprichting
de eerste jaren
periode Galesloot
de dertiger jaren
de oorlogsjaren
de jaren na de oorlog
de jaren vijftig
de jaren zestig
de jaren zeventig
de jaren tachtig
de nieuwste geschiedenis
het jubileumjaar 1992

Downloaden als pdf-bestand

De Oprichting


In de Weekbode no. 50, de 29ste jaargang Anno 1892 staat de volgende aankondiging:

Heeren Zangers!

Welke willen medewerken om een "Mannenkoor" op te richten, worden verzocht om Woensdagavond te half negen uur te verschijnen in de groote zaal der Nieuwe Sociëteit.


Deze oproep werd gedaan door de heren der voorlopige commissie t.w. J. Westerink, voorzitter L. J. Timmerman en J. Aben.

In de notulen der eerste Algemene Vergadering op woensdag 14 december 1892 lezen wij daarover het volgende: "Hadden de heeren der voorlopige commissie zich een goede opkomst voorgesteld, zij werden hierin niet teleurgesteld. Acht en twintig heeren toch waren verschenen, waarvan zes en twintig zich als werkende leden opgaven".

Tot President werd gekozen de heer J. Fakkeldij. Hij stelde de vergadering voor den heer M. Luchies tot directeur te benoemen. Een daverend applaus toonde aan, dat dit voorstel welkom werd ontvangen."Deze (= dhr. Luchies) nam het woord en wees erop dat het steeds zijn streven was geweest alhier een zangvereniging op te richten. Thans echter nu de vraag zoo volmondig tot hem gericht, wilde hij de benoeming aanvaarden (luid applaus) en verbindt zich de functie als directeur geheel belangeloos op zich te nemen. Een onstuimig applaus was het gevolg van deze zoo goed gekozen woorden."

Thans was aan de orde de naam der vereeniging vast te stellen. Op voordracht van het bestuur wordt die van "Zeister Mannenkoor" bij acclamatie aangenomen.

[naar boven]


De eerste jaren


Tijdens de tweede vergadering op den 22 December 1892 ten huize van den heer du Croix, wordt melding gemaakt dat het ledental van 26 is gestegen tot 36.

De repetities worden in de Nieuwe Sociëteit gehouden.

In de Weekbode, 30ste jaargang 1893, van zaterdag 2 september wordt melding gemaakt van het eerste optreden van het Z.M.K. tijdens de feestelijke viering van de verjaardag van H.M. Koningin Wilhelmina op 31 augustus 1893: "In de pauze gaf het alhier bestaande Zeister Mannenkoor onder leiding van de heer M. Luchies eenige stukken ten beste. Deze verrassing vond blijkbaar zeer veel instemming bij het talrijke publiek. Luide werden de zangers toegejuicht, en alzoo hun welverdiende hulde gebracht".

Hiermee trad het Z.M.K. dus voor het eerst als vereniging naar buiten en kon het publiek met het koor kennismaken.

Er werd met grote inzet gerepeteerd. In de Weekbode van zaterdag 3 maart 1894 no. 9, staat de volgende aankondiging: "Op aanstaande Vrijdag 9 maart, des avonds te 8 ure zal het Zeister Mannenkoor in de groote zaal der Nieuwe Sociëteit, hare 1ste huishoudelijke Soirée geven. Om het publiek met onze Vereeniging te doen kennismaken werd er geen entree geheven maar werd er ruimschoots geintroduceerd zoodat de zaal stampende vol was".

In de Weekbode van Zaterdag 18 maart 1894 staat het volgende verslag:

"In de met groen en bloemen versierde zaal der Nieuwe Sociëteit had gisterenavond voor tal van genoodigden eene uitvoering plaats van Zeister Mannenkoor, onder leiding van den directeur, den heer M. Luchies. Het 14 tal nummers van het programma voldeden allen zonder uitzondering zeer aan het talrijk publiek, dat herhaaldelijk van zijne goedkeuring blijk gaf. Deze uitvoering van het nog jeugdige gezelschap mag goed geslaagd heeten, de leden gaven blijk met ernst en studie der zangkunst te beoefenen, waartoe voorzeker de goede directie zeer medewerkt".

Op voorstel van den directeur wordt bepaald, dat nieuwe leden welke geen voldoende muziekkennis hebben deel moeten nemen aan een voorbereidende cursus. Daarvoor huurde het Z.M.K. een lokaal in de openbare school zoals blijkt uit de bewaarde akte, van 7-8 uur op donderdagavonden. Het Z.M.K. moest alleen licht en verwarming betalen aan het schoolhoofd.

Het ledental daalde echter. Het blijkt, dat het Z.M.K. in 1896 slechts 18 werkende leden telde, 68 kunstlievende leden en 1 donateur. De recensie in de Weekbode van woensdag 29 april 1896 over het concert van 27 april in de Nieuwe Sociëteit klonk minder tevreden: "Er was een zeer grote belangstelling. De klank van het Mannenkoor viel mij mee. Het is moeilijk een beschaafde toon uit zulk een klein gezelschap (ongeveer 20 in getal) te verkrijgen. Die dikke L moeten de heeren zangers nog zien af te leeren. Zij moeten de zinnen ook niet afbreken om adem te halen."

De repetities werden hierna zo slecht bezocht, dat er van repeteren geen sprake was.

Vermeldenswaard is, dat op de vergadering van 15 October 1896 Jhr. Mr.F. van de Poll werd benoemd tot ere-voorzitter der Vereeniging, hetwelk deze den 24 October aannam, "onder de verzekering dat Z.E. steeds mede zou werken tot bloei der Vereeniging". Jhr. van de Poll blijft ere-voorzitter tot aan zijn dood 6 april 1937.

Een opmerkelijk voorstel gedaan op de jaarvergadering van 17 januari 1898 door penningmeester J.J. Rohde, is dat hij het Zeister Mannenkoor in een Gemengd koor wil veranderen. Het voorstel haalt het niet, maar de vergadering besluit wel om aan het Z.M.K. een afdeling voor Gemengd Koor toe te voegen, zodat op de uitvoeringen en gemengd en mannenkoren ten gehore zullen worden gebracht. De gemengde afdeling heeft enkele jaren bestaan.

In de Weekbode van zaterdag 12 februari 1898 werd een recensie gegeven van het concert dat het Z.M.K. de avond daarvoor heeft georganiseerd in de Nieuwe Sociëteit o.l.v. M. Luchies.

De recensent is echter niet zo te spreken: "Welke voorstelling maken de leden van het Mannenkoor zich toch wel van den Directeur. Het scheen ons toe, dat velen hem beschouwden als een soort van ornament; vele leden namen niet éénmaal de moeite naar den Directeur te zien en deden eenvoudig of hij niet bestond."

De heer Luchies bedankt als directeur en wordt als directeur opgevolgd door Corn. A. Galesloot uit Utrecht. Hij verbindt zich op 16 december 1898 voor de eerste keer als directeur aan het Zeister Mannenkoor. In de Weekbode staat: "Wij hopen, dat de lust voor vocale muziek, die in den laatsten tijd wel een weinig verslapte, opnieuw moge aanwakkeren en dat 't ledental niet onbelangrijk zal toenemen".

De eerste aankondiging van een concert lezen wij in de Weekbode van zaterdag 6 januari 1900. Op vrijdag 12 januari 1900 geeft het Z.M.K. met afdeling Gemengd Koor o.l.v. Corn. A. Galesloot een uitvoering in de Nieuwe Sociëteit ten bate van de Nederlandsche Zuid-Afrikaanse Vereeniging. Entree voor een heer fl. 0,75; voor een dame fl. 0,50 en voor een heer en dame fl. 1,-.

De recensie van bovenstaand concert luidt: "Op voor Transvaal! Wij hadden in lang geene uitvoering van deze liedertafel gehoord en onze verwachting was dan ook hoog gespannen. Bij het doorzien van het programma der koornummers speet het ons zeer geen enkel nummer voor mannenkoor te vinden en moesten wij ons dus vergenoegen met de afdeling Gemengd Koor. Maar wij konden een aanzienlijke vooruitgang constateren." Het batig saldo van deze avond was fl. 45,73.

Van het Zeister Mannenkoor vernemen wij pas weer een teken van leven in 1904. De dirigent is dan vanaf 27 januari J.P. Jos Vranken.

Het jaarverslag van W.C. Ketelaar, secretaris, over 1904 moet hier zeker vermeld worden, want daarin wordt in een dramatische beschrijving de periode van 1898 t/m 1904 beschreven: "Het eenmaal krachtige leven was verflauwd, de eenmaal driftig jagende polsslag werd hoe langer hoe matter en eindelijk en ten laatste zou men hebben gezegd: "officieel is het Zeister Mannenkoor nog wel niet dood, de laatste eer is haar nog wel niet bewezen, maar officieus nu men zweeg er van".

Op het eind van 1904 bedroeg het aantal leden 46, het aantal kunstlievende leden 61 en het aantal donateurs 12. De contributie was nog steeds fl. 0,10 per week.

Het jaarverslag over 1905 constateert een zekere malaise bij de leden. Tijdens een concert op 4 mei 1905 werd bij monde van mevrouw Ketelaar (de echtgenote van de secretaris) een vaandel overhandigd. "Moge de vereeniging zich nog jaren om dit vaandel scharen en het met lauweren zien behangen, als teeken van vooruitgang en bloei van het Zeister Mannenkoor." Het vaandel is nog in het bezit van het koor en hangt in de bestuurskamer op een eervolle plaats.

De ontevredenheid van de leden over de directeur blijft groeien. Het gevolg daarvan is dat er op maandag 24 september 1906 in Boschlust een buitengewone huishoudelijke vergadering wordt belegd waar de volgende besluiten worden genomen:

- de direkteur dient meer activiteit tijdens de repetities te ontplooien;
- zijn salaris wordt vastgesteld op fl. 150,- i.p.v. fl. 200,- per jaar;
- zijn vakantie duurt 3 weken i.p.v. 6 weken;

De heer Vranken accepteerde de nieuwe voorwaarden en zo staat er in het jaarverslag van 1906: "de directeur kwam zelfs meer dan anders achter de piano vandaan tijdens de repetitie".

De uitvoering van 16 januari 1907 in Boschlust onder leiding van P.J. Jos Vranken werd slecht bezocht. Na deze uitvoering kwam de heer Vranken echter niet meer opdagen en werd hij ontslagen.

[naar boven]


De Tweede en Derde periode van direkteur Corn. A. Galesloot


De heer Vranken werd opnieuw opgevolgd door Corn. A. Galesloot.

In het jaarverslag over 1906 schrijft de secretaris: "Met vaste hand vatte hij den dirigeerstok, met talent leidde hij zowel de oefeningen als de uitvoerenden en zijne methode, streng bij de repetities maar gezellig en vriendelijk daarna, maakte hij op alle leden dien indruk, dat reeds spoedig groote verbetering te bespeuren was zoowel in opkomst der leden als in het klankgehalte en anderszins van het koor".

Reeds op donderdag 16 mei 1907 werd o.l.v. Corn. A. Galesloot het eerste concert gegeven

Dit eerste concert werd in de Weekbode van woensdag 22 mei 1907 als volgt beschreven: "Scheen de vereeniging de laatste tijd niet vooruit te gaan, donderdagavond werd het bewijs geleverd, dat de heer Galesloot de man is om de vereeniging wederom in bloei te doen toenemen. Met vaste hand zwaaide hij zijn dirigeerstok en met vastberadenheid en kalmte inspireerde hij zijn zangers en wist hen zodoende op voortreffelijke wijze te leiden".

Daarna werd er stevig gerepeteerd. Want het bestuur en de dirigent hadden besloten met het Z.M.K. deel te nemen op 1 september 1907 aan een concours

Het Z.M.K. haalde daar in het gebouw van Kunsten en Wetenschappen te Den Haag, den derden Prijs B, een zilveren medaille met een geldprijs Fl 25,-.

Het verslag over 1908 dient gekenmerkt te worden als een ongunstig jaar. De animo van de leden daalt, de repetities worden slecht bezocht door "een luttel aantal leden".Vermeldenswaard is de Uitvoering op 6 september 1909 op Oud Seyst. Op het landgoed Schoonoord werd van 25 augustus tot 16 september b.g.v. het 25-jarig bestaan de Grote Tuinbouwtentoonstelling gehouden van de Nederlandsche Maatschappij van Tuinbouw en Plantkunde afdeling Zeist. Een enorm spectakel, dat duizenden mensen naar Zeist trok.

Op 25 november 1909 is er een buitengewone ledenvergadering. Het voorstel van de heer Jaringsma tot opheffing der Vereeniging komt ter tafel. Maar dit voorstel wordt afgewezen. Wel wordt als middel ter verbetering "het aanwerven van frissche krachten, van jonge menschen die niet als de ouderen en gehuwden door allerlei omstandigheden van het trouw bezoek der repetities worden teruggehouden". De discussie over wanbetalende leden veroorzaakt "een tumult als in een Poolschen Landdag".

Op 21 april 1910 wordt gezien de belabberde financiële toestand van de vereniging de contributie op fl 0,35 vastgesteld.

Het jaarverslag over 1910 staat in dezelfde mineur stemming. Secretaris Roos schrijft: "Voor wie noodig heeft een oefenschool in ziekenverpleging biedt het Zeister Mannenkoor goede gelegenheid; de leden zijn over het algemeen wel gezonde jongens, die in eten en drinken geregeld lust hebben, maar de Vereeniging zelve is er slecht aan toe, lijdt aan bloedarmoede, heeft voortdurende verzorging hard van noode en geregeld temperatuur opnemen is streng voorgeschreven. Evenwel aan doodgaan denkt ze nog niet. Toch is er in 't laatst van 1910 aanleiding geweest om te onderzoeken of het touw van de begrafenisklok nog wel sterk genoeg was; meer dan één heeft zijn zwarte jas en hoogen hoed voor een verwachte droeve plechtigheid reeds voor den dag gehaald, maar zelfs tot afborstelen is het niet gekomen. De zieke dacht, is het dan zoo erg met me, kom, ik sta weer op en zal laten zien, dat er nog jonge kracht in me schuilt".

Het gevolg was twee geslaagde uitvoeringen, o.a. op 31 augustus, de verjaardag van de koningin die in de kranten een goede pers kreeg: "Het Zeister Mannenkoor kan zoo krachtig en zoo mooi en zoo zuiver zingen".

Wij vatten het jaarverslag over 1911 als volgt samen: "Tijdens die min of meer gedwongen vacantie trof ons het grootste verlies: de Heer Galesloot vroeg bij ons ontslag. De brief, die ons die aanvraag bracht, moest gelezen en herlezen worden; het wilde bij ons niet tot een voorstelling komen: het Zeister Mannenkoor zonder Galesloot."

Het jaarverslag eindigt toch weer optimistisch: "Bedriegen de teekenen niet, dan schijnt een nieuwe periode van bloei in aantocht. Wij nemen ons voor met inspanning van alle krachten dien bloei te bevorderen; wij gaan met moed de toekomst in."

Het jaar 1912 stond in het teken van het 20-jarig bestaan van het Zeister Mannenkoor. De Weekbode doet weer uitgebreid verslag van de gebeurtenis op zaterdag 14 december 1912: "Met een driedaags feest herdacht het Zeister Mannenkoor deze week op feestelijke wijze zijn twintig jarig bestaan:

-op Maandagavond 9 december was er een concert o.l.v. de nieuwe directeur J.A. de Wolff in de Nieuwe Sociëteit.

-op Dinsdag was er een feestavond voor de leden en hun dames bij Gramsma in Boschlust

-op Donderdagavond was er het Volksconcert in Irene met hetzelfde programma als Maandag. De entree was fl. 0,25. De zaal was vol, het publiek stil en aandachtig tot het einde.

Het jaarverslag eindigt letterlijk als volgt: "Het feest is voorbij en het jaar is voorbij en een nieuw jaar is begonnen en wij plaatsen vraagtekens."

Het volgende jaarverslag, dat wij in ons archief hebben gevonden, is dat over 1917.

De toenmalige secretaris, de heer L. Willemsen, schrijft in zijn jaarverslag over 1917: "Aanvankelijk bestond bij mij een zekere schroom om op deze vergadering een uiteenzetting te geven van de vereeniging waaraan men den naam van jaarverslag geeft. Immers het grootste deel van het jaar 1917 werd nog in beslag genomen door den rusttoestand waarin de vereeniging sinds eenige jaren verkeerde; zooals men het uitdrukte, zij sliep".

In de vergadering van 8 oktober 1917 wordt de heer J. N. Ohms tot voorzitter gekozen.Vervolgens wordt er gestemd over een direkteur. Het wordt de heer Cornelis A. Galesloot, die ook reeds van 1898 t/m begin 1904 en van 1907 t/m 1911 het koor had geleid. Op 14 december 1917 werd het 25-jarig bestaan gevierd. Jhr. van de Poll opende de feestelijke avond. "Hij vertolkte in zijn toespraak op treffende wijze de gevoelens van het ontwaakte koor, wenschte de vereeniging geluk en hoopte, dat zij vele bloeiende jaren zou doormaken hetgeen, zooals hij daarbij opmerkte door een eensgezind samengaan van 50 mannen onder leiding van een uitnemenden directeur als de heer Galesloot is, ongetwijfeld verwacht kan worden".

Dat het Mannenkoor onder leiding van de heer Galesloot flink repeteerde, blijkt uit de uitvoeringen die gegeven werden.

"Deze uitvoeringen mogen als uitnemend geslaagd genoemd worden. Het publiek was zeer voldaan over de prestatie van ons koor."

Het jaarverslag eindigt als volgt: "Nogmaals kiezen: onze studie verscherpt, trouw opgekomen ter repetitie, goed achtgeslagen op de leerzame wenken van onzen bekwamen Directeur en we zullen dit komende jaar weer successen te boeken hebben."

Het jaar 1920 wordt gekenmerkt door de ziekte van de directeur Galesloot, maar zijn zoon leidt dan de repetities. Wel daalde het aantal leden onmiddellijk, maar toen de heer Galesloot weer terug was, nam het aantal leden weer toe van 30 naar 50.

Op zondag 2 oktober 1921 werd in Tivoli te Utrecht deelgenomen aan een groot nationaal concours, uitgeschreven door Euterpe te Utrecht b.v.g. het 25-jarig bestaan. Ondanks de grote concurrentie van 17 andere mannenkoren behaalde het Zeister Mannenkoor daar de 2e prijs, welke bestond uit een medaille en een geldprijs van fl. 75,- , tevens ontving het koor een uitspraakprijs, waarvoor ook een medaille in de wacht werd gesleept. Men was zo verguld met deze onderscheidingen, dat de dirigent Corn. A. Galesloot in een open landauer door Zeist werd gereden en door talrijke Zeisternaren werd toegejuichd. Hieruit bleek duidelijk hoe geliefd de dirigent was bij de leden en bij de Zeister "burgerij".

Het jaar 1922 stond vooral in het teken van de voorbereiding van de grootse huldiging van de direkteur Corn. A. Galesloot b.g.v. zijn 70ste verjaardag. Op 7 april 1922 vond het grote feest plaats in het gebouw "Irene" aan de Slotlaan. Er was uit het zangminnend Zeist een groot koor geformeerd de "Verenigde Zangers" van een kleine honderd man. "De vroolijke muziek klonk den jubilaris tegen, toen de huldigingscommissie den Zeister Mannenkoor directeur naar z'n gereedstaande zegekar begeleidde en met muziek, begeleid door een groote schare, toog men door het dorp naar de Nieuwe Sociëteit eerst, en later naar de groote zaal van Irene, waar ten aanschouwe van een overweldig groot auditorium de georganiseerde huldiging zou plaatsvinden."

Dan wordt er druk gesproken over het 30-jarig bestaan van het Zeister Mannenkoor. Er werd een feestcommissie samengesteld. Bovendien wilde men een Nationaal Concours uitschrijven.

Op 14 december is het 30-jarig bestaan gevierd met een feestconcert in de Nieuwe Sociëteit o.l.v. directeur Galesloot.

Met het vieren van het 30-jarig bestaan is een periode afgesloten van ups en downs, maar het feest krijgt nog een heel bijzondere voortzetting in de voorbereiding en de uitvoering van het Groot-Nationaal Concours. Het jaar 1923 staat dan ook geheel in het teken van dit voor het Z.M.K. grootse gebeuren, waarbij ook de gehele bevolking van Zeist betrokken is. De koren van Nederland, voorzover bekend, krijgen een brief, die bewaard is gebleven. Ook de Zeister bevolking ontvangt een schrijven voor medewerking en financi'le steun. De plaats waar het concours werd gehouden was op het landgoed 't Slot.

En dan is het zover. De pers meldde: "Op de wegen in onze Gemeente kon groote drukte worden geconstateerd, die op de beste wijze zichzelf regelde. Vroolijk klonk het gezang in het rond. Zelfs koren, die met de laagste prijzen huistoe gingen, jubelden het uit: we hebben de eersten prijs zien hangen, hiep, hiep, hoera. Wel een bewijs, dat er een stemming in de concoursmenschen gevaren was."

Op de uitgestelde jaarvergadering van 9 augustus 1924 werd het voorstel aangenomen, dat er geen nieuwe leden werden aangenomen dan na gebleken geschiktheid of na een door de directeur te geven muziekcursus.

Er werd niet alleen gerepeteerd en gezongen, want in september 1925 maakte het koor een uitstapje naar "het z.g. Hollandsch Venetië, te Giethoorn". Het blijkt zeer goed bevallen te zijn, want men stelde voor een dergelijk reisje voortaan elk jaar te doen.

Als vertegenwoordiger van de Bond van Zeister Zangverenigingen trad het Z.M.K. op bij de opening van de concertzaal van Figi op donderdag 12 november 1925. Onder de aanwezigen bevond zich de commissaris van de Koningin. De secretaris eindigt zijn nauwkeurig verslag als volgt: "Met het volste recht kan dus gezegd worden, dat er een werkzaam jaar achter den rug ligt, een jaar waar niet alleen veel werd vereischt van de leden, maar nog meer van onzen Directeur, den Heer Galesloot, die steeds aan de spits stond en met onvermoeiden ijver trachtte, om, op zijn zachtst gezegd, er in te pompen wat ten gehore moest worden gebracht, een woord van hartelijken dank is hier ook zeer zeker op zijn plaats."

In 1926 aanvaardde de burgemeester van Zeist Jhr.Mr. C.J. baron van Tuyll van Serooskerken het beschermheerschap van het Zeister Mannenkoor. Dit werd een traditie, want zonder onderbreking hebben alle volgende burgemeesters het beschermheerschap aangeboden gekregen, aanvaard en zijn officieel daartoe geïnstalleerd door het omhangen van een speciaal voor deze functie ontworpen lint met medaille.

Het jaarverslag eindigt met een vooruitblik. Secretaris M. Paasman schrijft: "Medeleden nu nog een persoonlijk woord en dan loop ik wel een groot gedeelte van 1927 vooruit. Edoch, wij willen en gaan naar een concours en . . . in de eerste afdeling. Wij willen onzen directeur huldigen 10 maart 1927 bij zijn 75e jaarfeest. Wij willen ons 35-jarig bestaan vieren.

Wie even doordenkt zal begrijpen dat hiervoor aller samenwerking, aller energie, aller geestdrift en medewerking noodzakelijk is. Wanneer wij bovenstaande willen dan moeten wij zorgen dat dit alles prima gedaan kan worden. Daarom medeleden van 't Zeister Mannenkoor met dank voor alles in 1926 uw dubbele medewerking ingeroepen en gegeven voor 1927".

Allereerst de deelname aan het Concours te Deventer mei 1927, uitgaande van de Gemengde Zangvereeniging "De Blauwe Vaan", onderafdeling van de Nederlandsche Vereeniging tot afschaffing van alcoholische Dranken. Een groot succes, want het Z.M.K. behaalde daar de 1e prijs met lof van de Jury en een promotie naar de afdeling Uitmuntend. Het aantal behaalde punten was 384. Bovendien kreeg Galesloot de direkteursprijs.

In 1927 werd er slechts één concert gegeven: de huldiging van direkteur Corn. A. Galesloot b.g.v. zijn 75e verjaardag. Het programma daarvan is bewaard gebleven.Het is een grandioze huldiging geworden zowel muzikaal als materieel, want Galesloot kreeg naast een schilderstuk van zichzelf een mooie kast, twee fruitmanden en veel bloemen en bloemstukken.

De Zeister Courant deed op zaterdag 12 maart 1927 het volgende verslag:

"Een grootsche huldiging van den nestor der koordirigenten, den 75 jarigen Corn. A. Galesloot, directeur van het Z.M.K. ...De heer Galesloot en het Z.M.K. kunnen op een onvergetelijken avond terugzien, waaraan ook het publiek met volle tevredenheid en sympathie kan terugdenken".

Op 1 mei 1928 ontving Corn. A. Galesloot het ridderkruis der Oranje Nassauorde b.g.v. zijn 60 jarige loopbaan als musicus.

Vermeld dient zeer zeker te worden de deelname aan het concours te Zandvoort waar in de afdeling Uitmuntendheid een 2e prijs (een zilveren lauwerkrans) werd behaald met 288 punten. "Dankbaar, maar niet voldaan" schrijft de secretaris Rommers in zijn jaarverslag over 1928. Verder schrijft hij: "De overige plaatselijke concerten hebben bewezen, dat ons koor nog steeds met hoofd en schouders boven de plaatselijke zustervereenigingen uitsteekt en met recht aanspraak mag maken op de eereplaats onder de Zeister Zangvereenigingen". Hij eindigt als volgt: "Resumerend was het afgeloopen jaar 1928 een goed jaar. Moge het koomende jaar nog beter zijn, zoodat we voor de toekomst kunnen zeggen: 1928 goed, 1929 beter, 1930 best!"

Op 9 augustus 1929 is er een belangrijke vergadering. Het handelt over de slechte gezondheid van direkteur Galesloot. De repetities waren reeds opgeschort. Het voorstel is de heer Corn. A. Galesloot tot Ere-direkteur te benoemen, een groot gedeelte van zijn salaris te blijven uitbetalen en een plaatvervanger te zoeken.

Tot plaatsvervanger wordt benoemd als tijdelijk direkteur de heer R. Davidson, direkteur van het Doornsch mannen- en gemengd koor, voor een schappelijke prijs nl. Fl 5,- per avond.

Dan volgt op woensdagavond 14 november 1929 het afscheidsconcert b.g.v. het be'indigen van het Directeurschap van Corn. A. Galesloot van het Zeister Mannenkoor in Figi. Op deze avond dirigeerde Galesloot het Z.M.K. voor de pauze. Na de pauze nam de heer Davidson de dirigeerstok over.

De Zeister Courant was weer aanwezig: "Er was een eigenaardige stemming, die op het concert heerste, een gevolg van de twee diametraal tegenover elkaar staande gebeurtenissen, nl. het afscheid van den Heer Galesloot als directeur van het koor, waarover hij zooveele jaren den dirigeerstok gezwaaid heeft en dat hij onder zijn leiding tot een zeker niveau heeft mogen verheffen en daartegenover het debuut van den nieuwen directeur."

[naar boven]


De dertiger jaren


Ofschoon de pers vol lof spreekt over het eerste optreden van het Z.M.K. o.l.v. R. Davidson, de leden zijn van het begin af aan minder enthousiast. In de jaarvergadering van 23 januari 1930 worden er nogal wat op- en aanmerkingen gemaakt over de leiding en er zijn er al die hun lidmaatschap hebben opgezegd. Het bestuur spreekt daarna met Davidson en het resultaat is dat hij op de vergadering van 19 juni 1930 afscheid neemt van het koor na nog geen jaar direkteur te zijn geweest. Men moest daarom weer op zoek naar een nieuwe direkteur. Er wordt een oproep geplaatst. Er waren maar liefst 30 sollicitanten. Na een selectie werd op 24 juli Herman Dijkstra uit Amsterdam benoemd. De repetities startten weer op 21 augustus.

Het jaarverslag over 1930 is zeer positief over de nieuwe direkteur: "en zooals de zaken zich tot heden laten aanzien kan het bestuur en het koor gefeliciteerd worden met de keuze. In den korten tijd dat de genoemde Heer het koor leidt, heeft hij het grandioos herstelt van hare inzinking in het begin van het jaar."

Op 14 december 1932 wordt met een jubileumconcert het 40-jarig bestaan herdacht in de concertzaal van Figi. Het wordt een uitstekend geslaagd optreden.

De recensie luidde: "Het Z.M.K. handhaaft zijn ouden roem".

Toch is de verhouding met de directeur niet goed.

Dan volgt het incident op het Groot Zangersfeest op 5 juni 1933 in Tivoli te Utrecht (de heer Dijkstra eiste vroeger op te treden en dreigde weg te lopen als het tijdstip van optreden niet vervroegd werd). Op de ledenvergadering van 8 juni 1933 wordt met 20 stemmen voor en 2 tegen besloten de directeur te ontslaan.

Op 7 september 1933 werd nog een mannenzangvereniging is opgericht: de Zeister Zangers. Na de oprichting zijn er onmiddellijk fusiebesprekingen gevoerd tussen het Z.M.K. en de Zeister Zangers, maar die leidden niet tot enig resultaat.

Het Z.M.K.heeft een nieuwe directeur benoemd, nl. de heer Gerrit van de Burg, ook directeur van het Amersfoorts Mannenkoor. Het eerste officiële optreden van het Z.M.K. onder leiding van G. van de Burg vindt plaats op dinsdag 17 april 1934 in Figi. Het publiek was enthousiast. Volgens de recensent was het geheel beschaafd, maar de uitspraak van het Duits kon beter en soms was de homogeniteit zoek.

Dan lezen we nog in de Zeister Courant van 31 augustus 1935: "Het Zeister Mannenkoor en de Zeister Zangers weer vereenigd. De naam blijft Zeister Mannenkoor. De directeur wordt Hendrik Altink, die reeds directeur van de Zeister Zangers was. Het nieuwe Z.M.K. telt nu 80 zangers.

Het eerste optreden onder leiding van Hendrik Altink is een propaganda-avond op 21 november in Boschlust.

Op de bestuursvergadering van 9 juni 1936 wordt het punt repetitie-bezoek behandeld. De voorzitter wil krachtig ingrijpen: "Dit gaat zoo niet langer, daar moet meer de hand aan worden gehouden".

Opvallend is ook, dat het lid Florestein heeft bedankt omdat er nog steeds in het repetitielokaal wordt gerookt.

In verband met het 45-jarig jubileum in 1937 wordt er een prijsvraag uitgeschreven onder de leden om een verenigingslied te dichten, welke dan door de direkteur getoonzet zal worden. Gekozen werd het lied van de hand van voorzitter P. J. de Jonge en op muziek gezet door direkteur H. Altink, getiteld "Ons mooie Zeist".

Er wordt zeer hard gewerkt aan het organiseren van het Nationaal Concours- en Jubileumconcert b.g.v. het 45-jarig bestaan. Op 31 juli vond in hotel Bruggeman de loting voor de plaatsing van optredens der deelnemende koren aan het Nationaal Concours in Boschlust plaats. Er hadden 80 koren met 3700 leden ingeschreven. Het Nationaal Concours is een groot succes geworden, dat tot in de puntjes georganiseerd was. De pers was ook zeer positief.

Tenslotte volgde als afsluiting en apotheose het feestconcert in Boschlust o.l.v. Hendrik Altink op donderdag 16 december 1937.

Maar het was niet alleen feestgedruis in 1937. Het Zeister Mannenkoor werd ook tweemaal in diepe rouw gedompeld. Op 6 april 1937 overleed ere-voorzitter Jhr. mr. F. van de Poll. Te midden van de feestelijke viering van het 9e lustrum overleed de oud voorzitter de heer W. J. van de Kolff. Heel piëteitsvol begon het feestconcert op 16 december 1937 met Ecce quomodo moritur justus ter gedachtenis aan Jhr. van de Poll en W. J. van de Kolff.

Op de jaarvergadering in februari 1938 wordt de benoeming van Hendrik Altink als direkteur met een jaar verlengd en zijn salaris opgetrokken van fl. 55,- tot fl. 60,- per maand.

Op 3 februari 1938 is er een Oranje-avond in Boschlust waaraan het Zeister Mannenkoor en Zeister Dameskoor, beiden o.l.v. Hendrik Altink en de dames Gymnastiekvereniging Hygiëa o.l.v. direkteur G. Vermeulen meedoen. Deze avond wordt gehouden ter gelegenheid van de geboorte van ons prinsesje Beatrix, Wilhelmina, Armgard. De belangstelling was enorm.

Een afvaardiging van het koor is aanwezig geweest bij het Nationaal Huldebetoon voor H.M. de Koningin op de Dam in Amsterdam, die op 6 september haar 40-jarig jubileum als Koningin vierde. In het radioverslag over deze gebeurtenis werd gesproken "van het deftige Zeist met de hooge hoeden".

Bij gelegenheid van de geboorte van prinses Irene op 5 augustus 1939 had de Oranje Centrale weer de Oranjefeesten georganiseerd. 's Avonds gaf het Z.M.K. met K.Z.H.M. in de Slottuin een concert van vaderlandse en andere liederen. Het is voor de insiders zeker leuk om te vermelden, dat op deze avond voor het eerst het voor 4 mannenstemmen geschreven huldigingslied werd gezongen: " Zij (hij) leve lang!"

In de maand november 1939 worden de leden van het Z.M.K., waaronder de penningmeester Rommes, die onder wapenen zijn, verrast met een pakket met een rokertje en fruit.

[naar boven]


De oorlogsjaren 1940-1945


De eerste bestuursvergadering na de 4e mei: "De voorzitter staat eenige oogenblikken stil bij de spanning en de angst van de laatste weken. Wat niemand onzer had gedacht, was over ons heengegaan: oorlog. Hij brengt hulde aan de gevallen jongens en denkt hierbij tevens aan de zwaargetroffen gezinnen en wil hen dezen avond eeren door 1 minuut stilte, waaraan gaarne wordt voldaan".

Dan wordt de hervatting van de repetities aangekondigd. Gezien de onzekere situatie worden alle plannen voor concerten voorlopig uitgesteld. Wel wordt er op 4 juli een openlucht optreden ten bate van het Grebbebergcomité gehouden op het landgoed Beek en Royen. Entree fl. 0,25. Er waren 1800 betalende toehoorders. Het Z.M.K. zong heel toepasselijk het Ecxe quomodo moritur voor de gevallenen.

Het jaar 1941 staat in het teken van de organisatie van het Nationaal Zangconcours te Zeist. Het Nationaal Zangconcours met bijna 100 koren is een grandioos succes geworden. Niet onvermeld mag blijven de gedenkwaardige en voor die tijd gevaarlijke woorden, die mr. F. Beunke, de erevoorzitter en Zeister wethouder sprak bij de opening van de 3e dag van het concours op 10 augustus 1941: "Hulde aan het Zeister Mannenkoor, dat een Zangconcours organiseert in een tijd, waarin de lust tot het zingen voor iedereen is vergaan".

Het jaar 1942 is weer een feestjaar. De Zeister Courant spreekt over het Gouden Jubileum van het Zeister Mannenkoor. Het Z.M.K. bestaat een halve eeuw en dat moet gevierd worden, zoals dat een Zangvereniging past met een feestavond voor de leden met hun dames op 10 december, een receptie in Hermitage op 12 december en het Jubileumconcert op maandag 14 december 1942.

Het Jubileumconcert werd gehouden in het Verenigingsgebouw aan de 1e Hoogeweg m.m.v. een koper-ensemble van het Zeister Harmonie Gezelschap. Toegangsprijs fl. 0,75, inclusief belasting en plaatsbespeking.

Dit concert is bijzonder goed geslaagd. Een bijzonder cadeau werd bij deze viering aangeboden. De Vaandelcommissie bood het bestuur namens de leden een nieuw vaandel aan met een vaandelkast. Zo komt het dat het Z.M.K. in het bezit is van 2 prachtige vaandels. Het eerste vaandel dateert van 4 mei 1905 en het tweede bijna een halve eeuw later. Beide vaandels hangen tegenwoordig in de bestuurskamer van het gebouw.

Spoedig na de viering van het 50-jarig bestaan geeft de voorzitter te kennen dat hij aftreedt en niet herkiesbaar is. Als nieuwe voorzitter wordt met 43 van de 52 stemmen de heer A. ten Bloemendal, de vice voorzitter, gekozen.

Uit het verdere verloop van deze vergadering blijkt duidelijk, dat de moeilijke tijdsomstandigheden een steeds grotere rol gaan spelen.

In het jaar 1944 is het Z.M.K. o.l.v. Hendrik Altink slechts één keer opgetreden en wel op 24 augustus 's avonds om half acht in de tuin van het Jagershuis.

In het archief van het Z.M.K. geen enkel verslag over het wel en wee van de vereniging terugvinden. De eerste aantekeningen zijn die van de bestuursvergadering van 15 mei 1945. De voorzitter stelt daarin vast dat de vorige bestuursvergadering een jaar geleden is gehouden.

[naar boven]


De jaren na de oorlog


Spoedig na de bevrijding is het Zeister Mannenkoor in het openbaar opgetreden. Zo meldt de Zeister Post, 10e jaargang no: 28 van zaterdag 11 augustus 1945, een concert van het Z.M.K. onder leiding van Hendrik Altink, ten bate van Neerlands Volksherstel.

De eerste gegevens dateren pas weer van een bestuursvergadering op dinsdag 8 januari 1946.

Het eerste grote concert na de oorlog van het Zeister Mannenkoor o.l.v. Hendrik Altink werd gegeven op 21 maart 1946 in Boschlust, m.m.v. Konstatin Sadko "de vergeten tenor".

Er is bij gebrek aan notulen over de eerste jaren na de oorlog weinig te vermelden. Wel zijn er in 1946 en 1947 verslagen van jaarvergaderingen aanwezig, maar deze laten niets bijzonders zien, terwijl de overige jaarverslagen ontbreken.

Een belangrijke gebeurtenis vermeldt de Zeister Post op zaterdag 4 oktober 1947. Wegens onderlinge onenigheid hebben sommige leden van het Zeister Mannenkoor zich weer afgescheiden en een nieuwe vereniging opgericht "de Zeister Zangers" genaamd. Hun dirigent is de heer Gerrit van de Burg uit Amersfoort, een vroegere direkteur van het Z.M.K. Na heel korte tijd is tussen de Zeister Zangers en het Z.M.K. voor de 2e keer, een fusie tot stand gekomen.

Van het 55-jarig bestaan in 1947 weten wij alleen te vermelden, dat er een feestavond voor de leden en hun dames is geweest.

[naar boven]


De jaren vijftig


"Met voldoening", schrijft de secretaris, "kunnen wij op het jaar 1951 terugzien". Ook het ledental was weer toegenomen van 69 tot 72.

Het jaarverslag over 1952 heeft verschillende gebeurtenissen te melden. Het hoogtepunt hierin was natuurlijk het Jubileumconcert op 19 en 20 december 1952 o.l.v. Hendrik Altink met Het Utrechts Stedelijk Orkest (U.S.O.)

Het was een gedurfd en muzikaal hoogstaand concert.

"Wij kunnen met voldoening op de uitvoering daarvan terugzien, er is goed gezongen en behoudens het steekje dat de tenoren lieten vallen, kunnen wij er trots opgaan, dat wij het aangedurft hebben een prachtig, lang niet gemakkelijk programma, met orkestbegeleiding van het U.S.O. op keurige wijze te vertolken".

Op 14 juni trok het Z.M.K. in 2 bussen naar 's Hertogenbosch om daar een bijdrage te leveren aan de Eeuwfeest herdenking van het Koninklijk Nederlands Zangersverbond. "In optocht trokken daar alle deelnemers allereerst naar een plein voor een generale repetitie en vervolgens naar de St. Jan, waar onder leiding van onze dirigent de Eeuwfeestcantate werd uitgevoerd door ca. 800 zangers met begeleiding van het carillon van de St. Janskathedraal en trompetters op de torentransen".

Een korte, maar bijzondere ledenvergadering werd er gehouden op 20 maart 1957. De direkteur Hendrik Altink was, zoals gemeld, reeds lange tijd ziek en het zag er niet naar uit, dat hij voorlopig beter zou worden. Daarom had hij op 5 maart zijn ontslag als direkteur ingediend. Het bestuur heeft dit ontslag hem op eervolle wijze verleend. Hendrik Altink, jarenlang een begrip in de muziekwereld, heeft gedurende bijna 21 jaar het Zeister Mannenkoor geleid.

In zijn plaats werd met algemene stemmen benoemd de heer Jaap de Lange uit Utrecht.

De voorbereidingen op het 13e lustrum gaan inmiddels door. Op 14 december 1957 vindt het Jubileumconcert plaats in Boschlust met een gedurfd programma o.a. die Frithjofsage van M. Bruch. Er werd heel goed gezongen en de pers was ook lovend. Muzikaal bijzonder geslaagd, maar financieel een strop wegens geringe opkomst van het publiek.

Secretaris H. Kleuver begint zijn jaarverslag over 1958 als volgt: "Het zij mij vergund bij het uitbrengen van dit 66e jaarverslag U mede te delen dat, in tegenstelling tot andere jaren, het samenstellen daarvan mij minder plezier gaf. . . ons ledental tot beneden de 50 daalde, in een periode waarin we de wind toch al niet in de zeilen hadden en onze verplichtingen ten opzichte van dirigent en zaalhuur normaal bleven bestaan". Verder schrijft de secretaris: "De lange vacantieperiode van onze dirigent, het slechte repetitiebezoek onzer leden, waren oorzaak, dat de activiteit verslapte en wij niet in staat waren een goed programma te brengen, hetgeen toch eigenlijk beschamend was". Tot slot zij vermeld, dat er een dirigentenwisseling heeft plaatsgevonden. Per 1 januari 1959 vertrok Jaap de Lange.Hij werd opgevolgd door Geert Koning uit Amersfoort. Het jaarverslag van 1959 begint weer in een blijde zetting: "Met genoegen kunnen wij op een vrij druk bezet verenigingsjaar terugzien, daar zowel door onszelf of in samenwerking of op uitnodiging van anderen in totaal aan 6 concerten werd deelgenomen".

[naar boven]


De periode van 1960-1970


Het jaarverslag 1960 opent als volgt: "Dit jaarverslag, in vroeger jaren met trots en genoegen aan U voorgelegd, kan helaas niet gewagen van een bloeiend en florisant verenigingsjaar. Er is weer een flinke teruggang van ledental n.l. van 46 tot 40. Dit heeft natuurlijk zijn invloed op de repetities, de activiteiten en uiteraard op de financiën".

Toch wil de secretaris niet al te pessimistisch zijn: "Veertig kloeke mannen zijn toch heus nog wel tot iets groots in staat. Al hebben we de wind niet mee - televisie en gemakzucht van een groot deel van onze samenleving waartegen wij moeten optornen- toch zullen wij stand houden".

Ondanks alles werd er toch regelmatig opgetreden in en buiten Zeist.In het jaarverslag over 1961 wordt gesproken over een kleine, doch reële opleving. Het aantal leden is opgelopen tot 44. Een mooie afsluiting van het jaar 1961 was de toestemming van B en W voor het houden van een kermis/lunapark ten bate van het a.s. 70-jarig jubileum. In verband hiermee werd er een advertentie geplaatst in het offici‘le orgaan van kermisexploitanten.

De herdenking van het 70-jarig bestaan kan als zeer geslaagd aangemerkt worden. Op 15 december een druk bezochte receptie in hotel Victoria, terwijl het jubileumconcert op 20 februari 1963 werd gegeven in Boschlust en bijzonder goed slaagde, dankzij de medewerking van de 80-jarige Koninklijke Harmonie. Het jubileumjaar werd afgesloten met een diner bij Gadellaa in Maarn en een bezoek aan de Snip en Snaprevue in Utrecht.

Het is begrijpelijk dat het jaarverslag van 1967 vooral in het teken staat van het 75-jarig bestaan van de vereniging.

Wij citeren daarom letterlijk: "Het afgelopen verenigingsjaar was voor ons koor in alle opzichten bevredigend, met als hoogtepunt de viering van ons 75-jarig bestaan. Wij waren zelf actief bij het organiseren van onze Zangersdag, de verloting, de receptie en het jubileumconcert, bovendien ontvingen wij nog diverse uitnodigingen voor medewerking aan concerten van andere koren en orkesten. Dit alles vergde veel van de energie van Uw niet meer zo piepjonge bestuur. . . Het meest verheugd zijn wij echter over de toename van ons ledental dat momenteel 44 bedraagt".

Inmiddels waren de kostuums ook klaargekomen, voor het eerst in de geschiedenis van het Z.M.K. stond het koor in uniforme kleding: een lichtgrijs colbert met zwarte broek, wit overhemd en zwarte butterfly. Om deze out-fit te kunnen betalen werd er een renteloze lening verkregen bij de Gemeente Zeist, terwijl de leden zelf een gedeelte of soms het geheel betaalden. Op 26 januari 1968 vindt het jubileumconcert plaats. Het programma bestond uit opera-fragmenten van Verdi. Het is een schitterend concert geworden onder leiding van Geert Koning. Het jaarverslag eindigt: "Terugziend op het voorafgaande jaar mogen wij toch met voldoening op ons Lustrum terugzien en op de goede geest en saamhorigheid, die daarbij tot uiting kwam".

ZMK in Mannheim Een belangrijk besluit is dat het Z.M.K. de uitnodiging om naar Mannheim te komen en met "Freundschaft" aldaar te concerteren aanneemt. De bedoeling is, dat "Freundschaft" het jaar erop hier de gast zal zijn.

Met het aanvaarden van deze uitnodiging heeft het Z.M.K. een nieuwe stap gezet in de geschiedenis van het koor: een reis naar het buitenland om aldaar op te gaan treden.

Het jaar werd muzikaal afgesloten met een optreden in Kerstsfeer in Brinkhove. Hiermee zijn wij aan het eind van deze periode gekomen met als hoogtepunten het aanschaffen van het kooruniform en de eerste buitenlandse concertreis.

[naar boven]


Uit de jaren 70


Op 13 april 1970 maakte de NCRV-radio een opname van een programma van het Z.M.K. in de Sionskerk, dat op 2 juli werd uitgezonden in het radioprogramma "Tijd voor muziek in vrije tijd". De NCZ schrijft: "Buiten bij de opname auto laten enkele jongens hun badmintonracket in de steek om te luisteren naar het prachtige gezang, dat uit de luidspreker komt".

In oktober volgt het tegen bezoek van de Siedler Gesangverein Freundschaft uit Mannheim. Het werd een feest van hereniging.

Voor het eerst in de geschiedenis werd er medewerking verleend aan een avondmis in de R.K. Kerk aan de Rozenstraat bij pastoor Brouwer, die het Z.M.K. sindsdien een bijzonder goed hart heeft toegedragen.

Het eerste grote concert in 1971 is een gezamenlijk optreden van het Z.M.K. en O.B.K. in de Sionskerk met medewerking van Marie-Cecile Moerdijk op 26 maart, aan de piano Carlos Moerdijk. En het was een zeer geslaagd optreden.

Een vervelend incident was, dat de dirigent vlak voor het concert een brief schreef, waarin hij allerlei extra financiële tegemoetkomingen vroeg. In uiterste nood had het dagelijks bestuur hierin toegestemd, maar na het concert zijn hierover zowel met de heer Geert Koning als in een extra vergadering op 1 april nogal hartige woorden gesproken met als gevolg dat de dirigent door de leden van het Z.M.K. na ruim 12 jaar werd weggestemd. Tijdelijk werd het koor geleid door de heer A. Jongerius. Als nieuwe dirigent werd benoemd Nic. van der Giessen uit Maarssen die voor het Z.M.K. niet onbekend was. Hij was reeds dirigent van "Ons Genoegen" uit Austerlitz en hij had bij het Z.M.K. als eens gedirigeerd.

Het eerste optreden onder leiding van Nic. van der Giessen was op 15 december 1971 in de Sionskerk met medewerking van organist A. van Ooik terwijl ds. J. van Winterswijk een korte meditatie hield. De kerk was zeer goed bezet en het concert geslaagd.

Alle inspanning moest nu ten goede komen aan de viering van het 80-jarig bestaan. En dat is, zo blijkt ons, op een grandioze wijze gevierd. Het jubileumconcert werd op 18 januari 1973 in Boschlust gehouden. Voor een uitverkocht huis verliep dit concert onder leiding van Nic. van der Giessen zeer voortreffelijk.

In dit verband moet er nog gewezen worden op de TV-opname door de E.O. van het Z.M.K. op de trappen van het Slot Zeist. Het was de eerste keer dat het Z.M.K. voor de TV optrad.

Er wordt weer een buitenlandse reis georganiseerd naar Mannheim. "Voor allen die meegeweest zijn, zijn deze drie dagen omgevlogen en wij bewaren de beste herinneringen. Het heeft de onderlinge band zeker weer verstevigd in het belang van het Zeister Mannenkoor".

Op 5 september zong het Z.M.K. in het kader van het 25-jarig Regeringsjubileum van H.M. Koningin Juliana in een overvolle Oude Kerk.

De huur van het repetitielokaal aan de van Reenenweg wordt in maart 1974 opgezegd. Er komt een oplossing voor een nieuwe definitieve ruimte namelijk het leegstaande kerkgebouw aan de Torenlaan 38. Maar voordat het Z.M.K. daar intrek kan nemen, moet de ruimte aangepast en opgeknapt worden. Er wordt met de Gemeente een huurovereenkomst gesloten. Door vele leden van het Z.M.K. enorm gewerkt om de "eigen" repetitieruimte pasklaar te maken. De verhalen doen nu nog de ronde. Ieder vrij uur en vooral de zaterdagen werd er met man en macht gewerkt, eendrachtig en met heel veel onderling plezier. Zelfs de dames van de leden lieten zich niet onbetuigd, want menig keer zorgden zij voor de versterking van de inwendige mens door drinken te brengen, soep te maken en broodjes aan te bieden.

Eindelijk was na heel hard werken de zaal klaar en op 10 augustus 1974 is door de beschermheer Mr. dr. A.A. Stolk, burgemeester van Zeist, op een feestelijke bijeenkomst de repetitieruimte in gebruik genomen.

Een organisatorisch karwei was de Zangersdag van het Gewest Utrecht op 2 november in het Herman Jordan Lyceum. Hier bleek, dat het Z.M.K. niet alleen kan bouwen en verbouwen, maar ook kan zingen en organiseren.

Met een enkel woord wordt vermeld dat er een grammofoonplaat werd gemaakt voor en in opdracht de Gemeente Zeist. Volgens de gevens moet dit de eerste plaat zijn geweest. Het is een 44 toerenplaatje met de titel "disco-tips over uw nieuwe woonplaats". Het werd door de gemeente gegeven aan nieuwe bewoners van Zeist. Het is vervat in een boekje met wetenswaardigheden over Zeist en de buurtschappen. Naast de gesproken tekst door burgemeester Stolk, zingt het Z.M.K., speelt de K.Z.H.M. en bespeelt A. van Ooik het carillon.

Het jaar wordt besloten met een kerstconcert van het K.Z.H.M. en het Z.M.K. op 21 december in het kerkelijk centrum Zeist-West.

Het jaar 1977 is voor het Zeister Mannenkoor een belangrijk jaar. De heer A. ten Bloemendal officiëel af als voorzitter na een 35-jarige periode. Met meerderheid van stemmen wordt Jan de Goede als de nieuwe voorzitter gekozen. Met het aftreden van de heer A. ten Bloemendal wordt een groot tijdperk in de vereniging afgesloten. Het ere-voorzitterschap werd hem dan ook terecht toegekend.

Op 12 november 1977 vond in de Sionskerk de opname plaats van de eerste LP door Eurosound uit Nijmegen. Het werd een "zware dag". Maar het resultaat was prima. Voor het eerst zong het Z.M.K. een reeks Russische liederen. Daarvoor had men voor alle leden een Russisch kostuum laten maken, dat voor het eerst op het jubileumconcert in gebruik genomen zou worden.

Het jubileumconcert stond voor de deur. En dat is een groot succes geworden. De solisten waren Marco Bakker en Greet Andringa. Na afloop van dit concert werd de grammofoonplaat uitgebracht en het eerste exemplaar aan de beschermheer aangeboden. Als bijzondere attraktie trad het Zeister Mannenkoor na de pauze voor het eerst op in het Russisch uniform met 10 Russische liederen. Een eclatant succes.

In het jaar 1978 is het aantal leden flink toegenomen en gestegen tot 87 aan het einde van dat jaar. Het uniform van het Z.M.K. was niet meer "uniform" was gezien het kleurverschil van de colberts. Daarom werd er besloten een geheel nieuw colbertjasje voor het hele koor aan te laten meten in camelkleur. Aan het einde van de jaren zeventig gekomen moet er terecht vastgesteld worden, dat het Z.M.K. volop in de lift zit.

[naar boven]


De tachtiger jaren


In 1980 is van het bruisende leven in het Zeister Mannenkoor echter niet veel meer te bespeuren. Secretaris J.W. Phielix schrijft dan ook in zijn jaarverslag over 1980: "Nimmer in de geschiedenis van het Zeister Mannenkoor is het repetitiebezoek zo slecht geweest".

Het bestuur meende daarom vele leden niet te kunnen laten deelnemen aan concerten. Men stelt zelfs te moeten over gaan tot royement als er geen verbetering optreedt. Toch blijft het ledental groeien en bedraagt eind 1980 zelfs 92.

Op 13 september werkte het Z.M.K. in de grote zaal van de Doelen te Rotterdam mee aan het concert van het R.E.T. koor.

Het hoogtepunt van dit jaar had moeten worden het concert op 30 oktober. Toen gaf het Z.M.K. samen met het Meppeler Mannenkoor en met medewerkling van Wilma Driesen het grote jaarconcert. Hier bleek duidelijk dat de leden van het Z.M.K. te weinig als geheel gerepeteerd hadden, zoals boven beschreven. Toch was de kritiek in de kranten positief, maar het bestuur was ontevreden over de muzikale inzet en de klankkleur van het koor.

In september 1980 verscheen het eerste nummer van het mededelingenblad "Bijgeluiden" van de vereniging.

In de jaarvergadering van 5 februari 1981 blijkt er nogal kritiek te zijn op de dirigent. Hij dient dan ook zijn ontslag in bij het bestuur. Op 26 maart 1981 wordt officieel afscheid van hem genomen. Tot opvolger wordt de heer M. Verhoeff uit Vleuten benoemd.

In het jaarverslag van 1981 stelt de secretaris: "We mogen stellen, dat wij in de keuze van Marcel Verhoeff de juiste man op de juiste plaats hebben gevonden".

Het eerste openbare optreden onder de nieuwe dirigent vond al op 9 mei 1981 plaats. Het Z.M.K. nam deel aan het Nederlands Koorfestival in de AVRO studio te Hilversum. Het muzikale hoogtepunt van dat jaar is zeker het concert in Kerstsfeer op 17 december in de Kerk aan de Rozenstraat geweest. De kerk was overvol en de medewerking van het koperensemble, maar heel zeker dat van Marco Bakker, deed alle kou vergeten.

Met de komst van de nieuwe dirigent zijn ook veranderingen op de repetities aangebracht. De belangrijkste daarvan is wel de vaste aanstelling per 1 september 1981 van een pianiste/repetitor in de persoon van Hinke Tjallinghii, zodat de dirigent zijn volle aandacht aan het repeteren kan besteden.

Het aantal leden ieder jaar blijft toenemen en wel zodanig, dat het 100ste lid werd verwelkomd.

Het onbetwiste hoogtepunt van dit jubileumjaar - het Z.M.K. bestaat 90 jaar - is de 4-daagse reis naar Parijs van 1 t/m 4 juli 1982.Het absolute hoogtepunt van de reis was ons optreden en de medewerking aan de Heilige Mis op zondagmorgen in de Notre Dame. In aanwezigheid van de kardinaal van Parijs heeft het Zeister Mannenkoor zich muzikaal uitgeleefd en zichzelf overtroffen. Zowel de leden van het koor als de ongeveer 12.000 kerkbezoekers waren diep onder de indruk van de zang, de dienst, de sfeer en het kerkgebouw.

"Le Zeister Mannenkoor de Zeist, environ d'Amsterdam en Hollande" werd in 10 talen aangekondigd en bedankt.

's Middags mochten wij voor ongeveer 700 mensen een concert geven en de Heilige Mis opluisteren in de artiestenkerk St. Germain de l'Auxerrois. De Nederlandse pater Balm, aan die kerk verbonden, ontving ons met blijdschap en tracteerde ons na afloop op een heerlijk glas wijn. Hij zwaaide ons ook uit toen wij vanaf zijn kerk weer de terugtocht aanvaardden. Na een vermoeiende, maar zeer geslaagde reis, die de onderlinge verstandhouding tussen de leden beslist heeft verstevigd, kwamen we maandagmorgen om drie uur in Zeist terug".

Op 16 december was het concert in kerstsfeer met medewerking van het Nederlands Symphonie Orkest en Ruud van der Meer, bariton. Dit concert vond plaats in de sporthal Dijnselburg. Wij kwamen in de sporthal terecht. omdat het aantal bezoekers voor onze concerten met het toenemen van het ledenaantal zodanig toenam, dat er geen andere akkomodatie in Zeist groot genoeg was.

Het jaar 1983 wordt gekarakteriseerd door een grote levendigheid van de vereniging in vele opzichten. Het overzicht van het wel en wee zal dit staven. Hoogtepunt was het jubileumconcert op 29 oktober in de sporthal Dijnselburg. Hieraan werkten mee het Radio Philharmonisch Orkest en de solisten Greet Andringa, sopraan, Marco Bakker, bariton, Ans van Dam, alt, Ralph Beckers en Henk van Heynsbergen. Gregor Bak bespeelde het electronisch orgel. De TROS radio heeft het concert in zijn geheel opgenomen en later in gedeelten voor de radio uitgezonden. 1500 mensen bezochten dit grootse concert. "Een cultureel evenement", schreef in de Nieuwe Zeister Courant de heer Jan Coljée.

Van 8 t/m 14 september 1984 volgt de concertreis naar Duitsland en Oostenrijk. Zondag 9 september werd er om 9 uur 's morgens de Heilige Mis begeleid. Dinsdag 11 september stond een optreden gepland in de open lucht onder het Gouden Dak te Innsbruck. De woensdag was gereserveerd voor een uitstapje in Duitsland. 's Avonds traden wij op in de kloosterkerk te Ettal. Donderdag was er voor de liefhebbers een uitstapje naar de Zugspitze. 's Avonds was in Ehrwald in de kerk ons afscheidsconcert. Vrijdag 14 september werd de terugreis aanvaard en vermoeid maar uiterst voldaan keerden alle leden in goede gezondheid weer in Zeist terug".

Op 17 oktober verleenden wij op verzoek van de Stichting Kunst en Kultuur medewerking in een bomvolle sporthal Dijnselburg aan een optreden van Rudolf Schock en Caroline Kaart. Het was voor het Z.M.K. een aparte ervaring om met een wereldberoemde zanger van weleer te mogen optreden.

Het jaarverslag sluit als volgt: "1984 is mede door de twee-eenheid van Marcel Verhoeff en Gregor Bak in muzikaal opzicht een voortreffelijk jaar geweest. Moge 1985 door de gezamelijke inspanning van de leden en beide heren leiden tot wederom een jaar met muzikale hoogtepunten".

En muzikale hoogtepunten kwamen: medewerking aan U zij de Glorie, een radio opname van de VARA, medewerking aan de dodenherdenking te Doorn in de Maartenskerk, koffieconcert in de Koepelkerk te Amsterdam, radiouitzending TROS, Kerstconcert in de Oosterkerk en de Kerstnachtdienst in de Oude Kerk onder leiding van Jelte Veenhoven.

Verder werd er voor de viering van het 95-jarig en 100-jarig bestaan een aparte feestcommissie ingesteld. Op 1 mei werd Gert-Jan Jongerden als opvolger van Gregor Bak geïnstalleerd als pianist/repetitor.

Het jaarverslag eindigt met te zeggen, dat ook 1986 niet in een luie stoel doorgebracht zal kunnen worden, gezien de vele projekten die op stapel staan en doet op de leden een dringend beroep tot grote inzet en blijvende medewerking.

Het verenigingsjaar 1986 is inderdaad geen jaar geweest om in een luie stoel te kunnen doorbrengen. Een hoogtepunt was zeker de medewerking op 21 februari aan het concert van de Ronde Tafel uit Vleuten/de Meern in het muziekcentrum Vredenburg te Utrecht ten bate van het Rode Kruis. Een grandioze uitvoering met groot orkest en solisten onder leiding van Marcel Verhoeff.

Een bomvolle zaal !! Na afloop werd het dagelijks bestuur voorgesteld aan prinses Margriet en Pieter van Vollenhoven.

Het jaar 1987 is weer een jubileumjaar, want het is 95 jaar geleden dat het Z.M.K. door enkele heren werd opgericht. Hoe verbaasd zouden deze oprichters het wel en wee van hun vereniging gadeslaan als ze zouden kunnen zien wat er van geworden is. Het aantal leden bedraagt in dit jaar zelfs 110 man. Het aantal optredens is aanmerkelijk uitgebreid en de materiële welstand van de vereniging is aanzienlijk toegenomen.

Op 27 september ging het Z.M.K. met hun dames in 2 bussen in het kader van de dag van de media naar Brussel en Gent. In Brussel werd in de Nationale Basiliek "de Koekelberg" een Heilige Mis begeleid. De Nederlandse ambassadeur met zijn gezin heeft dit evenement bijgewoond. In de St. Baafkathedraal te Gent werd 's middags een prachtig concert ten gehore gebracht. De dag werd afgesloten met een diner in Terheijden.

Op 17 oktober volgde het jubileumconcert in de geheel bezette Bergwegkerk te Zeist. Medewerking werd verleend door Marco Bakker, de harmonie "Amicitia" uit IJsselstein en Ludo Vugs, orgel. Zeker vermeldenswaard is de uitvoering op dit concert van de Mount of three Lights van Martinu. Een concert dit jubileum waardig.

Het jaarverslag 1987 rond dit jaar als volgt af: "Aan het einde van dit jaarverslag willen wij allen bedanken, die zich met hart en ziel voor het Z.M.K. hebben ingezet en vrijwillig vele uren van hun vrije tijd aan de vereniging hebben besteed. Tot slot spreken wij de verwachting uit, dat het nieuwe jaar voor het Zeister Mannenkoor in muzikaal en materieel opzicht een goed jaar zal mogen worden door de inzet van u allen".

Ook het jaar 1988 is voor de vereniging een belangrijk jaar op alle gebieden. Maar de innerlijke tegenstellingen werpen hun schaduwen vooruit. Het jaarverslag opent dan ook: "Het moet ons van het hart, dat dit jaarverslag onder zowel uiterlijke als innerlijke spanningen tot stand is gekomen".

Het allerbelangrijkste was wel, dat op 7 april 1988 de eigendomsakte van het gebouw Torenlaan 38 bij notaris van Rhijn werd getekend en in kleine kring ten zijne kantore kon worden gevierd. Aan het eind van het jaar is de verbouw in de eerste fase dankzij de inzet van de eigen leden onder leiding van de bouwcommissie voltooid. Op 22 april vond onder zeer grote belangstelling in het gebouw de feestelijke overdracht plaats door wethouder J.A. van Halteren. In december geeft Gregor Bak te kennen, dat hij wegens drukke werkzaamheden geen kans meer ziet om als pianist/repetitor het Z.M.K. van dienst kan zijn. Tot opvolger wordt met ingang van 1 januari 1989 benoemd Erna Fransen, docente piano aan de Zeister Muziekschool.

In de inleiding van het jaarverslag 1989 staat te lezen: "Het eerste half jaar van 1989 gaat voor de vereniging de geschiedenis in als een woelige periode. Oorzaak hiervan was, dat een aantal leden van mening was, dat het uitgestippelde bestuursbeleid ondanks de instemming van de meerderheid der leden, niet juist was. Het kernpunt was de vaststelling van het bestuur omtrent de repertoirekeuze, waarbij de instudering van de Mis van Rheinberger een centrale rol speelde. Genoemde repertoirekeuze was vastgesteld na verschillende discussies met de dirigent". Maar toen de dirigent op de eerste repetitie van het nieuwe jaar meteen met de Mis van Rheinberger begon, stapten 5 leden op en deden niet meer met de repetitie mee. Een grote consternatie.

Het gevolg van al deze troubles was echter wel, dat de dirigent zijn ontslag aanbood. Op de jaarvergadering van 16 maart werd H. van 't Veer benoemd tot dirigent. Het resultaat van deze jaarvergadering was, dat 17 leden hun lidmaatschap opzegden. Enige tijd later leidde deze gang van zaken tot het oprichten van een nieuw mannenkoor onder naam van de Slotzangers. Op 8 juni 1989 werd er in een extra ledenvergadering een geheel nieuw bestuur gekozen. Dit bestuur heeft met een nieuw elan de zaken weten aan te pakken en de tweede helft van het verenigingsjaar 1989 staat dan ook in het teken van de herbouw. Nieuwe leden traden toe, oude leden vertrokken. Er werd voortdurend gerepeteerd. Dit leidde tot een eerste optreden onder leiding van Henk van 't Veer van het koor in Figi op 10 november met medewerking van Annelies van Gerven, sopraan en Frank van Aken, tenor. Erna Fransen begeleidde het geheel op de piano.

"Ondanks enkele mislukkingen kan gesteld worden, dat we het er redelijk afbrachten. Aan de opzet om na de crisis naar buiten te treden, hebben we zeker voldaan. En daar ging het uiteindelijk om". schrijft het jaarverslag. Zo kwam er een einde aan een veelbewogen jaar, waarin de vereniging in een diep dal terecht kwam, maar door de enthousiaste inzet van het nieuwe bestuur, de nieuwe dirigent en de aktiviteiten van de vele leden valt weer volop leven te bespeuren.

[naar boven]


De nieuwste geschiedenis van het Zeister Mannenkoor


De komende jaren zullen op allerlei gebied in het teken staan van de voorbereiding op het 100-jarig bestaan van het Zeister Mannenkoor in 1992.

Een belangrijke gebeurtenis vond plaats op 29 maart in de bestuurskamer van het gebouw van het Z.M.K. De voorzitter van de vereniging installeerde het Comité van Aanbeveling in verband met het 100-jarig bestaan. In dit comité onder voorzitterschap van de beschermheer van het Z.M.K. burgemeester R. G. Boekhoven, hebben zitting genomen de heren M. H. Dijkhuis, makelaar te Zeist, J. de Goede, oud voorzitter en erelid van het Z.M.K., J. A. van Halteren, wethouder van Zeist, J. F. Putters, direkteur van de Verenigde Spaarbank te Zeist, Mr. M. A. van Rhijn, notaris te Zeist, H. Rolaff, register accountant T.R.N. groep te Zeist, G. Ruys, direkteur Figi te Zeist en G. W. E. van Veenendaal, direkteur Memento Mori te Bosch en Duin.

Aan alles kan men zien, dat het jubileumjaar met rasse schreden nadert. Het begint al tijdens de nieuwjaarsreceptie van 6 januari. De voorzitter verkoopt dan het eerste lot van de jubileumloterij aan de beschermheer R. G. Boekhoven.

De Zeister pers schrijft eveneens verschillende malen over de komende gebeurtenissen. Zo schrijft Bert van Nieuwenhuizen op 5 januari in de N.C.Z. in de rubriek Achtste kolom over jubilea in Zeist: "Maar de de kroon wordt gespannen door het Zeister Mannenkoor, dat volop in de voorbereidingen zit voor het eeuwfeest, de honderdste verjaardag".

De Nieuwsbode schrijft op 3 januari hierover: "Een vereniging welke gedurende een eeuw haar bestaansrecht heeft bewezen en een belangrijke plaats inneemt in het sociale en culturele gebeuren binnen de gemeente, verdient een warme belangstelling, die men tot uitdrukking kan brengen in het kopen van loten".

Het bestuur onderhandelt met het K.N.Z.V. over een eventuele opdracht voor het componeren van een feestcantate. Deze aanvraag wordt gehonoreerd en Jacques Reuland krijgt de opdracht een feestcantate te schrijven en op muziek te zetten.

Verder heeft het Z.M.K. een stand voor de verkoop van loten en flessen rode en witte wijn, op de Oranjemarkt, braderie Steijnlaan en Voorheuvel. Op deze flessen staat een eigen Zeister Mannenkoor etiket. De wijn is speciaal voor het Z.M.K. geïmporteerd door de fa. Strietman te Zeist. Op 29 juni wordt er een grote fancy-fair gehouden op het Marktterrein nabij de Klinker.

Ook tijdens alle repetities worden loten verkocht: de ene week door de dames van de leden, de andere week door de leden zelf. Het doel van dit alles is de jubileumfestiviteiten te kunnen bekostigen.

De repetities staan ook volop in het teken van het eeuwfeest en de optredens naar buiten worden tot een strikt minimum beperkt. Intussen gaat de verbouw/nieuwbouw van het pand Torenlaan verder. Dit jaar zijn de elektriciteitsbedradingen vernieuwd van het gehele gebouw. De bar heeft een metamorfose ondergaan en op de bovenverdieping van het gebouw zijn 3 ruimten gemaakt: één voor partijrepetities, één voor bestuursvergaderingen en een ruimte voor kledingmagazijn.

Ondertussen worden de vergaderingen van de jubileumcommissie en van het comité van aanbeveling flink geïntensiveerd. Er wordt tevens een nieuwe commissie in het leven geroepen, die tot taak krijgt om de zangersdag van het K.N.Z.V.-afdeling Utrecht in Zeist te organiseren. Als afsluiting van het muziekjaar volgen de kerstconcerten. Op 20 december was het traditionele kerstconcert in de sfeervolle kerk van de Broedergemeente te Zeist. Op zondagmiddag 21 december verzorgde het Z.M.K. met vrijwel hetzelfde kerstprogramma een optreden in de Nicolaas Kerk te Odijk en 's avonds in de kerk te Ingen. Beide optredens werden zeer goed verzorgd en vonden een dankbaar onthaal.

[naar boven]

Het jubileumjaar 1992


"100 jaar Zeister Mannenkoor. Dat is niet niks!" Zo schrijft de voorzitter B. J. Adelaar in een persoonlijke brief aan alle leden van het koor, waarin hij namens het bestuur alle leden een voorspoedig nieuwjaar wenst. Tevens geeft hij een overzicht van de feestelijke gebeurtenissen in 1992. Het feestjaar wordt op een grandioze wijze geopend. Op 1 januari wordt tijdens de zeer druk bezochte Nieuwjaarsreceptie in het gebouw van het Z.M.K., zowel door de voorzitter als door de beschermheer R. G. Boekhoven, het startschot van de eeuwviering gegeven. Maar de grote verrassing was wel het muzikale optreden van alle dames van de leden van het Z.M.K., die in een zelf gecomponeerd lied het eerste cadeau overhandigden: Z.M.K.-vlaggen en vlaggemasten.

De fa. Duetz levert de nieuwe outfit voor de koorleden af. Er worden bij het Slot Zeist foto's gemaakt van het jubilerend koor. Het tweede hoogtepunt van dit jubileumjaar is ongetwijfeld het nostalgisch concert op 2 mei in de door de fa. Abbink rijk versierde sporthal van het K.N.V.B.-centrum. Dit gratis toegankelijk concert is een geschenk van de 100-jarige aan de bevolking van Zeist in navolging van het eerste openbare optreden van het Z.M.K. op 9 maart 1894. Nieuw is de eerste uitvoering van de feestcantate van Jacques Reuland "Bacche benevenias". Aan de vleugel zat zoals steeds Erna Fransen en de algehele leiding was in handen van de vaste dirigent Henk van 't Veer. De criticus schreef over dit concert, dat er ondanks kleine ontsporingen voor het talrijke publiek veel moois te genieten viel.

Na deze inspanning volgde in een drietal sessies de opname van de eerste CD op 21, 22 en 23 mei in het kerkelijk centrum te Hoevelaken.

Een zeer ingrijpende gebeurtenis moet hier voor de toekomst worden vastgelegd. In goed overleg tussen bestuur en dirigent werd besloten dat Henk van 't Veer zijn functie per 25 juni ter beschikking zou stellen. Het ontslag is op de meest eervolle wijze gegeven. De reden van zijn ontslagname is het feit, dat de muzikale samenwerking tussen koor en dirigent niet datgene heeft gebracht, wat er wederzijds van verwacht werd. Het Z.M.K. verliest in de persoon van Henk van 't Veer een sociaal bewogen mens, die altijd klaar stond voor de vereniging. Een verlies van heel andere aard is het vertrek van pianiste Erna Fransen, die om blijde redenen het Z.M.K. verliet.

Is het iedere keer een groot probleem voor een koor als de dirigent zijn functie neerlegt, dit is zeker zo midden in een jubileumjaar. Gelukkig is de direkteur van de Zeister Muziekschool, de heer H. P. van der Boom uit Beusichem, bereid gevonden om tot en met 31 december 1992 als tijdelijk dirigent zich aan het Z.M.K. te verbinden. Mieke de Jong wordt de nieuwe pianiste.

In de tweede helft van dit feestjaar staat nog veel te gebeuren. Op 2 oktober is er een Korenfestival in het K.N.V.B.-centrum. Aan dit festival doen alle mannenkoren uit de provincie Utrecht, die zijn aangesloten bij het K.N.Z.V. mee, als ook verschillende zusterkoren uit Zeist. Het muzikale hoogtepunt wordt ongetwijfeld het galaconcert op 21 november onder leiding van Hans van der Boom met medewerking van Ellen van Haaren, sopraan, Marco Bakker, bariton, Mieke de Jong, piano en het A.J.O. in het K.N.V.B.-centrum te Zeist. De feestelijkheden worden afgesloten met een grote receptie in het eigen gebouw aan de Torenlaan op 12 december.

Het muzikale- en verenigingsjaar wordt afgesloten met het traditionele kerstconcert.

Het is niet overdreven nu reeds vast te stellen, dat het jubileumjaar 1992 een druk verenigingsjaar is geweest met verschillende muzikale hoogtepunten, maar ook met veel emotionele gebeurtenissen.

[naar boven]



In zijn nawoord in "Een eeuw geschiedenis Zeister Mannenkoor" besluit J. S. van der Laan zijn boek met:

Ik wil tenslotte de wens uitspreken, dat het Zeister Mannenkoor met jeugdig elan de toekomst moge ingaan gedachtig de spreuk:

"Zingende mensen, Gelukkige mensen"

[naar boven]